



Eindtijden 24 km:
Anita 5.01.03
Frank 5.01.07
Joke 5.14.06
Eindtijden 54 km:
Pieter 8.30.19
Jeroen 9.24.14
Weer een geweldige editie en we hebben alle 5 ons verhaal geschreven. Jeroen het langste verhaal, hij was ook het langste onderweg 🙂 Jeroen en Pieter liepen de 54 km, Frank, Anita en Joke de 24 km. En helemaal op het eind een youtubefilmpje van een loper voor als je er niet genoeg van kunt krijgen (zoals wij!)
Het verhaal van Anita:
Gisteren mijn debuut gemaakt in bouillon, een prachtig avontuur. Drie weken geleden had ik ter voorbereiding nog de halve marathon van spa gelopen, met 700 hoogtemeters en veel onverhard. Dat ging nog op een gangetje van 10 km per uur, dus ik was de afgelopen week best zenuwachtig; wat moesten we in bouillon wel niet gaan doen om er een paar uur langer mee bezig te zijn?! Nou, dat weet ik inmiddels, het was geloof ik mijn eerste hardloopwedstrijd waar je elke kilometer je handen gebruikt, je vasthoudt aan boomwortels, verschillende modderglijtechnieken uitprobeert, in de rij staat voor stalen ladders en blij bent als je af en toe een paar honderd meter mag hardlopen...Nog een paar hagelbuien erbij en je zult het niet geloven, maar het was nog leuk ook. Vrolijke mensen, prachtige natuur en met 4.58 nog net binnen de 5 uur binnen. Na afloop hebben we nog uren gepraat over alle soorten, kleuren en eigenschappen van modder. Joke, Jeroen, Pieter en Frank; prachtig om het zo samen mee te maken!! En de rest van de loopgroep; als je houdt van buitenspelen..het is te doen! Wilma, bedankt voor de aanmoeding en lekkers, groetjes Anita
Het verhaal van Pieter:
In Bouillon had het al goed geregend en vandaag kwamen daar nog een paar (hagel)buien bij. Het was dus een fijne modderpoel, maar daar hebben we allemaal van genoten. Maar het geglibber was soms best wel gevaarlijk. We hebben gelukkig allemaal op safe gelppen, er zijn bij ons geen ongelukken gebeurd. Frank en Anita liepen samen en hebben er ongeveer 5 uur over gedaan (24 km). Het is nog onduidelijk of ze binnen de officiële limiet liepen. Joke kwam een kwartier later binnen. Ik was deze keer buiten de limiet van 8 uur, ik deed er 8,5 uur over. Jeroen liep sterk en kwam na 9:23 uur binnen. In Jeroens huis zitten nu 5 tevreden lopers die, gezien de omstandigheden, goed gepresteerd hebben. /-Pieter




Verslag van Frank:
De Bouillonante! Een naam die klinkt als een klok, en terecht, want het is de trail onder de trails, meer nog dan La Roche het hart van de Ardennen en de moeder der modderige bos en heuvellopen, getekend door iemand die een hekel aan voorgebaande paden heeft. De start is meteen fenomenaal, op een kasseienplein middenin een middeleeuws kasteel, op een graat, boven een stadje. Plein mudvol, een swingende versie van de Carmina Burana spat uit de boxen en als we worden afgeschoten moeten we door een lange lage donkere tunnel het kasteel uit op weg naar de stad. Toen ik 5 jaar terug debuteerde op dit parcours (en tot heden had ik nog niet terug durven komen) moesten we meteen zeer steil omhoog, nu begon het met lieflijk langs de rivier lopen. Maar daarna heuvel op heuvel af, vaak letterlijk twee stappen voorwaarts een stap terug omdat door recente regenval het zo modderig was dat je nergens grip kon krijgen. Toch ben ik net als 5 jaar terug nooit gevallen, wel veel geglipt en gegleden, soms strategisch en vaak per ongeluk, maar met goede afloop! Het weer wisselde voortdurend, van lekker zonnetje tot de voorspelde Belgische stofhagel (!) die wat mij betreft forse korrelhagel was. En dus overal modder, plakmodder, glijmodder, ik-pak-je-schoenen-af modder, dikke vette modder waar je een spoor in kon trekken, dunne diarrhee achtige modder die volstrekt onbetrouwbaar was, zuigmodder die je niet los wilde laten en gewone loopmodder. Geen wonder dat de gemiddelde snelheid laag blijft, door modder en parcours komen slechts de sterken boven 5km/h gemiddeld, ik en Anita net niet, hoewel we net wel binnen de officiële limiet van 5 uur finishte. Maar dat kwam ook weer deels door een geforceerde pauze halverwege van bijna een half uur bij een steile metalen ladder langs de rotsen omlaag. De ongeduldigen onder de lopers weigerde deze rij en kozen een eigen pad langs bos en rots. Dat dit niet altijd goed uitpakte, en dat het parcours überhaupt best wel link was, bleek toen we vlak na de ladder een loopster in de verplicht meegnomen metaalfolie deken op de grond zagen zitten, met een al dan niet gebroken enkel. Zelf dacht ik meteen terug aan mijn recente Tenerife val en ging nog wat voorzichtiger lopen. Want het parcours was technisch. Ik begrijp van Joke dat dit steeds meer een modewoord word in loopland maar na Bouillon durf ik wel een onderscheidende definitie van technisch lopen te geven: technisch betekend dat je elk moment van de loop je aandacht gericht moet houden op de ondergrond en je respons daarop, omdat elk moment van dagdromend freewheelend voorthobbelen je extreem duur kan komen te staan! Uiteindelijk finishte wij drie halve Bouillon lopers (Joke, Anita en ik) vrij kort op elkaar en waren onze twee hele mannen (Pieter en Jeroen) niet eens zo lang na ons binnen, wij zaten tenminste nog in een waalse friterie te genieten denkend aan een lijdende (nee, niet leidende) Jeroen maar die bleek al binnen te zijn. Chapeau Jeroen! En ook heerlijk in Jeroen’s landhuis verbleven, al met al een zeer gezellig en behoorlijk intensief avontuur! Frank.




Het verhaal van Joke:
Pieter, Frank en Anita hebben al wat (veel) geschreven over de Bouillonnante. Jeroen zal er waarschijnlijk morgen mee komen (die slaapt als een roos) en nu ik. We hebben een heel strak weekend gehad. Vrijdagavond in de bus naar het huis van Jeroen in Burg Reuland. Slapen. Vroeg opstaan. Door de regen naar Bouillon rijden. Jeroen overhalen om de bus uit te stappen, hij weigerde. Te vroeg, te koud, te nat, "ik ben er nog niet klaar voor" of zoiets. Maar op een gegeven moment begreep hij dat het echt D-day was, of B-day. Pieter ging alvast hun startnummers ophalen, Jeroen ging langzaamaan zich voorbereiden. Anita, Frank en ik waren er al klaar voor maar zouden een half uur later starten. We gingen naar het kasteel want de start is op de binnenplaats van dit oude kasteel. Een prachtige start, ik heb het gefilmd en hoop dat het filmpje hier geplaatst kan worden. Na de start van Pieter en Jeroen voor de 54 km waren wij drietjes dus aan de beurt voor de 24 km. Een paar flarden van onderweg: al snel een steile heuvel. Meteen een lange wachtrij (Frank heeft hier een foto van gemaakt). Eindelijk aan de beurt kon ik meteen op handen en voeten omhoog, als enige in mijn directe buurt. Gênant maar ik moet wel. Twee jonge mannen staan halverwege de heuvel geparkeerd, zwaar hijgend, doodop. Ik kruip verder. Bovenop kan ik wel weer herstellen. Al snel venijnige daling. Met glijdende voeten, geen enkele houvast. Dat blijft de hele weg terugkomen: je kan nauwelijks omhoog, je kan nauwelijks omlaag. En toch doe je het. En op sommige stukken heb ik zowaar plezier. Emoties worden uitvergroot, mentale dalen zijn diep en mentale pieken zijn hoog. Er wordt om me heen ook behoorlijk geleden, we zitten allemaal in hetzelfde schuitje en dat maakt het draaglijk. In datzelfde schuitje worden sommige zaken anders ervaren: Pieter, Jeroen en Frank kunnen uitstekend uit de voeten met de modder. Gewoon naar beneden gaan, al dan niet glijdend. Dat zou ik ook wel willen kunnen, waar kun je dat oefenen? Overigens werd ik op het laatst regelmatig door koplopers van de 54 km ingehaald, en daarvan maakten er twee een doodsmak op een modderhelling. Pieter noemde de modder op sommige plaatsen "varkensdrek" en zo rook het ook soms. Overigens kreeg ik na afloop een sms van Bram, die op dit moment bezig is met de Ultra Trace de St Jac; een etappeloop van 12 dagen over 740 km. Het heeft ook daar veel geregend en dus ook moeilijk begaanbaar door modder, hij noemt het "drekzooi". En ook daar veel hoogteverschillen. Overigens heeft Bouillon een prachtige omgeving, één van de mooiste op aarde. Geweldig om daar te lopen, ook al kijk je urenlang naar de grond. Verder groot respect voor Pieter en Jeroen. Zij liepen 30 km verder dan wij, echt onvoorstelbaar op dit parcours. En respect voor Anita, lekker onbevangen en sterk gelopen! Net als ik niet erg blij met de gladde modder op de afdalingen maar met geheven hoofd (en soms op de billen) naar de finish. Respect voor Frank, hij liep met gemak over de trails en heeft een afdaal-techniek om jaloers op te zijn. Ik heb mezelf verbaasd. Gewoon gedaan en niet gedacht, ook op de doodenge stukken. Niet veel duurlopen gedaan maar vooral op sportschool kracht-en-uithouding gedaan en daar kwam ik ver mee. Benen verzuurden volstrekt niet, alleen mijn hartslag ging door het plafond op de steilste stukken. Spierpijn vooral in onderarmen en rug. Waarschijnlijk door het klemmen aan bomen, boomwortels en graspolletjes. En last van m'n enkels door die afdalingen met m'n voeten dwars op het parcours. Verder zeer goed hersteld, hoewel het morgen pas echt duidelijk wordt wat de schade is 😉 //Joke.




Het verhaal van Jeroen:
Zaterdag was het dan zo ver, de Bouillonnante! Een trail van 19,24 of 54 km. Ik deed de 54, het was mijn 4e keer. Voor je mindset is dat wel prettig. Je weet grofweg wat er komen gaat, niet zozeer het parcours, want dat verandert elk jaar en dat vergeet je, want je kijkt vooral heel veel naar de grond. Maar vooral de intensiteit van deze trail. Hij is loodzwaar. En dat betekent dat je goed met je energie moet omgaan. In beeldspraak zie ik het als volgt: voor de start krijg je maar één emmertje met energie mee voor onderweg om te gebruiken. Dus moet je steeds heel voorzichtig wat energie uit het emmertje gooien, oppassen dat er niet in een keer een bak energie wegklotst. Om te zorgen dat de emmer niet lek gaat onderweg, moet je zorgen dat je op tijd eet en drinkt en ook voldoende. Zelf heb ik 2 liter cola gedronken, 2 liter water, en een kwart liter sportdrank. Verder gegeten: ik meen 9 boterhammen met oude kaas en fricandeau, 2 mueslirepen, wat zoutjes, 6 plakjes ontbijtkoek en anderhalve banaan. Dit alles verdeeld over de 54 km uiteraard. En steeds eten en drinken voordat je dorst of honger hebt. Soms kost dit wel enige discipline, want eten en drinken kost ook tijd en hoe gek t ook klinkt op zo'n dag, je wilt ook opschieten. Maar rationeel was ik gelukkig sterk genoeg om te beseffen dat af en toe 4 a 5 minuten rustig wandelen en eten, je lijf fit houdt en je uiteindelijk een paar uur vertraging of zelfs een DidNotFinish kan besparen, want met een hongerklop de Bouillonnante vervolgen is behoorlijk extreem. Nog iets belangrijks bij de Bouillonnante is wat mij betreft dat je je niet moet focussen op de afstand maar op de tijd die gaat lopen. Vorig jaar deed ik er 10 uur en 50 minuten over, dus ik stelde me dit jaar in op een inspanningsduur van 10 uur en 30 minuten. Iets sneller dan vorig jaar maar toen had ik al na 23 km een onwillige knie, waardoor ik niet meer zonder pijn kon dalen. De omstandigheden waren dit jaar voor mij extreem gunstig, dat had ik al gelijk door, het parcours was zeiknat en het was een grote modderpoel. Dit gaf wat vertraging bij het stijgen en de vlakke stukken, maar leverde enorme winst op bij de afdalingen en uiteindelijk ook bij de vlakke stukken. Door de dikke drek was het parcours namelijk voorzien van 54 kilometer lange natuurlijke dempingslaag waar geen asicszooltje tegen op kan. Met name de afdalingen waren een genot, de klappen waren stukken minder dan vorig jaar. Eigenlijk heb ik de hele race pijnvrij gelopen, voor zover dat mogelijk is bij deze trail. Vanaf de start ben ik gelijk achterin het veld gaan lopen (denk aan het emmertje). De meeste deelnemers zijn zeer getrainde lopers en ook ik moet mijn plaats kennen in zo'n geval. Ik liep veel alleen maar af en toe sprak ik met mensen en vroeg of ze wel eens een marathon hadden gelopen. Uiteraard hadden ze dat allemaal. De meeste hadden pr's staan van rond de 3u30. En halve marathons van rond de 1u30. Dat zijn tijden waar ik nog niet bij in de buurt ben gekomen (4u12 en 1u47). Na de eerste ravitaillering op 12 km splitste het parcours zich in een T-splitsing, de 54 naar links en de 24naar rechts. Ik kwam hier door in 1u34. Belangrijk en geruststellend voor mij was dat ik Christophe bij de ravitaillering tegenkwam. Deze Waal loopt elk jaar mee met de allerlaatste loper(s) vanaf het 40km-punt.
Ik zei tegen hem dat hij moest wachten want dat ik zeker ging finishen. De cut op het 40 km-punt ligt namelijk op 6 uur. En dat is verdomde scherp. Vorig jaar kwam ik hier aan na 6u40 en mocht ik als laatste door. Het prettig van mijn eerdere Bouillonnante-ervaringen is dat je de 1u34 na 12 km niet lineair mag doorrekenen naar de 36 km (4u42) en de 40 km (5u15). Want er zitten behoorlijk zware stukken tussen de 12 en de 40 km. Ik merkte dat de knieën zich goed hielden en dat ik enorme stukken alleen liep, maar ik begon warempel mensen in te halen. Helaas stapte iedereen die ik inhaalde uit/ of wilde dat gaan doen bij het 40 km-punt. Ik merkte bij mezelf dat ik het toch wel leuk zou vinden om niet als laatste te finishen. Het weer tijdens de race was redelijk ideaal, ongeveer 9 graden, regen, kleine hagelbuitjes (leidt lekker af) en heel af en toe wat zon om weer even op te warmen. Het punt is dat je inspanningsniveau dermate hoog is dat de verkoeling van de regen juist prettig werkt.
Bij het 40km-punt kwam ik aan na 6 uur en 15 minuten. De officiële cut was 6 uur, maar door mijn eerdere ervaring en mijn inmiddels opgebouwde contacten wist ik dat de organisatie hier coulant mee om gaat. Ik zag Christophe en die zie zei dat hij over enkele minuten ging vertrekken met de laatsten. Ik besloot even uitgebreid te gaan eten en drinken, want ik was behoorlijk vermoeid op dit punt. Samen met vier anderen en Christophe en nog iemand van de organisatie begonnen we aan het laatste en verreweg zwaarste gedeelte van de trail. Te beginnen met de Muur, een hele steile helling die je recht omhoog neemt. Hier was de modder verdomde lastig, je gleed vaak weg. Mentaal was ik blij dat ik de cut had gehaald en weer ging finishen, maar ik zag wel in dat het verdomd lastig zou gaan worden om niet als laatste te finishen. Een kleine Waalse dame liep voor het 40 km-punt op een vlak stukje in no time 300 meter bij me weg, een Nederlands echtpaar kwam mij ook erg getraind over (hij 3u32 op marathon, zij 3u58, maar beiden minitieus voorbereid getuigen hun verhalen) en een Vlaming die ik niet goed kon inschatten. Na de Muur komt er een heel erg lastig stuk met trappen, rotspartijen en smalle steile stukken. Na dit laatste stuk lag ik toch weer laatste. Het echtpaar lag ver voor, de Waalse was in elk geval uit zicht en de Vlaming zag ik af en toe zo'n 200 meter voor me. Maar bij de beklimming naar Botassart haalde ik de Vlaming in (hij zei geen energie meer te hebben, wat ik gemeen genoeg op dat moment hoopgevend voor mezelf vond. En de Waalse ging bij de laatste waterpost bij Botassart het weiland in voor een (neem ik aan) sanitaire stop. Vanaf dat moment besloot ik de lastige afdaling zo snel mogelijk te nemen, hij was glad (de modder was minder dik dan elders), maar ik zag dat ik al heel snel 200 meter voorsprong had op de Vlaming.
Beneden aangekomen kwam er een redelijk vlak stuk. Hier kon ik redelijk joggen en ik voelde mijn kansen toenemen om de Rode Lantaarn van vorig jaar door te geven aan een van de twee lopers achter mij. Als ik omkeek kon ik de Vlaming al niet meer zien, de Waalse ook niet en dus de 2 achterhoedegidsen van de organisatie ook niet. Ik besloot een laatste boterham te nemen en en nog even te bellen met Joke om te zeggen waar ik was. De laatste grote beklimming volgde. Ik voelde steeds meer energie komen en was vastberaden deze prijs (het niet laatste finishen) naar de streep te brengen. Boven aangekomen bij de uitkijktoren belde ik nog een keer met Joke, zodat ze wisten dat ik eraan kwam. Tot mijn verbijstering hoorde ik plotseling stemmen achter me. De Waalse en de Vlaming en de twee vrolijk babbelende gidsen (Christophe en andere Waal) zaten maar 100 meter achter me. Ik kon dit volstrekt niet rijmen. Ze waren overduidelijk op me ingelopen. Ik begon als een dolle aan de laatste afdaling. Joke had me gewaarschuwd voor de gladheid, maar ik had er totaal geen last van. Lekker dikke drek waardoor ik veel grip had en een hoog tempo kon aanhouden. De afdaling was lang en slingerde zich in 20 haarspeldbochten naar beneden. Ik keek naar boven en zag de Vlaming ook behoorlijk tempo maken. Ik begon nu enigszins zenuwachtig te worden en besloot nu echt vol door te gaan. Ik keek niet meer achterom en wist dat de Vlaming en de Waalse me nu onmogelijk meer konden inhalen. Ik vloog gewoon naar beneden. Onderweg lag er nog een boomstam waar ik soepel overheen ging. En toen zag ik met nog maar 300 meter te gaan het echtpaar vertwijfeld naar beneden staren, bang om weg te glibberen en met een houding van 'hoe kom ik hier naar beneden?'. Zelf zat ik in een flow, ik las het parcours en vloog er langs, beneden aangekomen hoefde ik alleen nog maar naar boven, ik begon de eerste 50 meter snel maar toen ik zag dat het echtpaar nu pas beneden was en nog 300 meter vlak moest joggen naar de trappen zette ik een stevige wandelpas in. Voor mezelf had ik het gevoel een gouden medaille te hebben gewonnen. Van de vijf laatste lopers die vertrokken waren na de cut op 40 km ging ik als eerste eindigen. In een tijd die maar liefst anderhalf uur sneller was dan vorig jaar: 9 uur en 22 minuten. Boven aangekomen zag ik noch Joke, Frank, Pieter of Anita. Dat was extra leuk want ik snapte gelijk dat zij me nog niet hadden verwacht. Logisch, want ik vloog het laatste stuk gewoon. Dit was voor mij een heel geslaagde loop. En ik kan hem iedereen aanbevelen. Met drie afstanden (19, 24 en 54) is t ook voor ieder wat wils. Jeroen
En hier is een link naar een youtubefilmpje, gemaakt door een loper over de 54 km. Ruim 11 minuten lang met een James Bond geïnspireerd intro en ik heb het weer helemaal afgekeken. Voor de liefhebber: https://www.youtube.com/watch?v=MPv8O2k2ZRU